Oorlogskind Marion de Klijn vertelt
De nu 79-jarige Marion de Klijn vertelt in een A2-klas over haar bewogen leven. Het bezoek van Marion aan Groevenbeek was de afronding van een project over de Tweede Wereldoorlog en het Jodendom waarin werd samengewerkt door de secties godsdienst en Nederlands. De leerlingen lazen onder meer het dagboek van Anne Frank, bekeken de film over het leven van Hannah Goslar en verdiepten zich in Joodse tradities.
Marion de Klijn werd geboren in 1944 tijdens de hongerwinter op een onderduikadres in Amsterdam-Zuid. Haar babygehuil moest iedere keer gesmoord worden met een kussen om ontdekking – en dus deportatie - te voorkomen. Een moeilijke start waar ze haar hele leven last van zou houden.
Haar ouders, violist Nap de Klijn en pianiste Alice Heksch, waren bekende Joods-Amsterdamse musici. In 1941 werd hun woonhuis in Laren van de ene dag op de andere door de Duitse Wehrmacht geconfisqueerd. Door onder te duiken (en zeventien keer naar andere locaties te verhuizen) wisten ze de oorlog te overleven. Ooms, tantes en de grootouders van Marion de Klijn werden opgepakt en keerden niet terug uit Duitsland.
Na de oorlog woonde Marion in Israël, maakte de stichting van de staat en de twee oorlogen (1968 en 1973) mee die Israël moest uitvechten met de Arabische buren. Haar levensverhaal heeft veel indruk gemaakt op onze leerlingen.